Geplaatst op Geef een reactie

Aan het eind van je latijn

2 Corinthiërs 1:8-9 U moet weten, broeders en zusters, dat de tegenspoed die we in Asia hebben moeten doorstaan, uitzonderlijk groot was. We hadden het zwaar te verduren, zo zwaar dat het onze krachten te boven ging. We vreesden ernstig voor ons leven, 9 we waren er zelfs zeker van dat het doodvonnis al over ons was uitgesproken. Maar juist dat liet ons beseffen dat we niet op onszelf moeten vertrouwen, maar alleen op de God die de doden opwekt,

Dat het leven van een christen niet altijd over rozen gaat, dan bewijst het leven van Paulus wel. Hier vertelt Paulus over tegenspoed in Asia. En niet zomaar een kleine tegenslag, nee, een uitzonderlijke grote tegenstand. Ze hadden het zwaar te verduren, zo zwaar zelfs, dat het de kracht van Paulus te boven ging. Paulus keek de dood in de ogen! Sjonge, wat een ellende! Dit is niet positief! Waarom laat God dit toe? Is Hij nog wel met me? Waarom is mijn auto nu alweer kapot? Waarom heb ik weer onverwachts een hoge rekening? Waarom ben ik weer gezakt? Waarom overkomt mij dit weer?

Paulus geeft het antwoord.

Soms laat God situaties toe in je leven om je te laten beseffen, dat je niet op jezelf moet vertrouwen, maar alleen op de God die de doden opwekt.

Vaak kunnen we zo op onze eigen oplossingen vertrouwen, op de gezondheidszorg, op ons salaris, onze intelligentie, terwijl God wil dat we alleen op Hem vertrouwen. Hij is de God die de doden opwekt; Hij kan alles. Hij heeft een oplossing en een uitweg die jou verstand te boven gaat. In welke situatie je nu ook zit, misschien voel je je aan het eind van je latijn! Weet dat God je juist nu wilt laten beseffen dat je niet op jezelf moet vertrouwen, maar op Hem. En dan zul je zien dat Hij het voor je gaat doen, omdat je het niet meer van jezelf verwacht, maar van de almachtige God!

Het volk van Israel stond met de rug tegen de muur. Voor hen een zee, achter hen een bloeddorstige vijand. Gevangen! Geen uitweg! Geen oplossing!

Maar God had een oplossing die hun verstand te boven ging. Hij maakte een weg dwars door de zee. God maakt een weg, waar geen weg is op het moment dat je zelf geen uitkomst meer ziet.

Vetrouw niet op jezelf, vertrouw op Hem!

Geplaatst op Geef een reactie

Zegen in tegenwind

Mattheus 14:22 Meteen daarna gelastte hij de leerlingen in de boot te stappen en alvast vooruit te gaan naar de overkant, hij zou ook komen nadat hij de mensen had weggestuurd. 23 Toen hij hen weggestuurd had, ging hij de berg op om er in afzondering te bidden. De nacht viel, en hij was daar helemaal alleen. 24 De boot was intussen al vele stadiën van de vaste wal verwijderd en werd, als gevolg van de tegenwind, door de golven geteisterd. 25 Tegen het einde van de nacht kwam hij naar hen toe, lopend over het meer.

Jezus geeft hier een opdracht aan de discipelen; ‘Stap in de boot en ga naar de overkant!’ Zo hebben wij ook een overkant, een roeping, een opdracht van God voor onze levens! De discipelen gehoorzamen en ‘varen’ in de volmaakte wil van Jezus. Dan zou je verwachten dat het een pleziertochtje zou worden, maar niets is minder waar! De discipelen belanden hier in een storm. Ze kregen tegenwind onderweg. En dan is het nog donker ook. Geen oriëntatie, geen vooruitgang maar stilstand!
Zo kunnen wij leven in de volmaakt wil van God en toch tegenwind ervaren en in een storm terecht komen. Onze verwachtingen kunnen dan niet overeen komen met de realiteit en dan kunnen we vol onbegrip reageren en in het ergste geval zelfs teleurgesteld raken in God.

In jouw storm wil God iets nieuws van Hem openbaren

Soms als je denkt dat Jezus je laat vallen, als je verwachtingen niet overeenkomen met de realiteit, besef dat God juist dan iets nieuws van hem zelf aan jou wil openbaren. Hoe kan Jezus zich aan jou bewijzen als de voorziener? In een financiële storm! Hoe kan Jezus zich aan jou openbaren als geneesheer? Als je ziek bent.
Jezus wist alles, ook dat hij zijn discipelen een storm in stuurde. De discipelen snapten hier wellicht niets van. ‘Heer, waarom stuurt U ons juist nu alleen weg?’ Maar Jezus heeft altijd een plan! Hij wilde zich in deze storm openbaren als Zoon van God. Hij kwam naar ze toe lopen over water en liet daarmee zien dat alles aan Hem onderworpen is! Zelfs de natuurwetten!
Dus ook als je voor je gevoel ploetert tegen de wind in en niet vooruit komt. Je weet dat je in God’s wil staat, maar het lijkt alleen maar moeilijker te gaan! Houd moed en weet dat Jezus zich juist nu aan jou wil openbaren als de ‘IK BEN’ die jij nodig hebt. Jezus zegt tegen jou: ‘Ik ben het!’ Dus wees niet bang! Ik ben jouw……..!

‘Blijf kalm! Ik ben het, wees niet bang!’ – Jezus

Geplaatst op Geef een reactie

Ik dacht het niet!

‘Denk maar aan wat overal gebeurde, waar de koningen van Assur kwamen, zij versloegen iedereen die tegen hen opstond. Denkt u dat het u anders zal vergaan? Redden hun goden de steden Gozan, Haran, Rezef of de bewoners van Eden in Telassar? Nee, de Assyrische koningen versloegen hen vernietigend! En denk aan wat gebeurde met de koning van Hamath, de koning van Arpad en de koningen van de steden Sefarvaïm, Hena en Ivva.’ Onmiddellijk nadat koning Hizkia deze brief had gelezen, ging hij ermee naar de tempel en spreidde hem uit voor de Here en bad… Jesaja 37:11-15 (Het Boek)

Koning Sanherib van Assur had Jeruzalem al enige tijd belegerd. Koning Hizkia beleefde zware tijden onder deze grote dreiging. Koning Sanherib liet zijn boodschappers twijfel zaaien en intimideren. Maar God stuurde de profeet Jesaja en die voorspelde dat de Koning van Sanherib teruggeroepen zou worden naar zijn eigen land, omdat het daar aangevallen werd. En dat gebeurde ook! Een overwinning voor Hizkia, want Koning Sanherib moest zijn aanval op Jeruzalem staken.
De koning van Assur gaat niet weg zonder eerst een brief te schrijven, een dreigbrief, een ‘hate-mail’! Hij zegt: ‘dit is geen overwinning? Dit is niet God die jullie beschermt? Nee, dit is toeval en het is alleen maar uitstel van executie’. Hij trekt het wonder van God in twijfel en vervolgens zegt de vijand waar Hizkia wel aan moet denken; ‘Denk maar aan wat overal gebeurde waar wij kwamen! We vernietigde iedereen, dus jullie ook!’ Denk aan Gozan, Haran, Rezef, Eden, Hamath, Arpad, Sefarvaim, Hena en Ivva. Allemaal door ons verslagen! En dat zelfde gaat ook met jullie gebeuren Hizkia!

Strijd in je denken
De belegering vond plaats buiten de stad, maar de strijd speelde zich af in het denken van Hizkia. Nu Hizkia begon te geloven in de overwinning en begint te denken aan God’s trouw en macht, wil de vijand hem meteen laten denken aan onheil. De duivel wil jou niet laten denken aan God’s grootheid, zijn beloften en de wonderen die hij gedaan heeft, nee hij laat je denken aan je teleurstellingen, je falen, de onmogelijkheden en de realistische feiten. Zo kun je ook een blauwe enveloppe op je deur mat krijgen, en je schrikt van het bedrag dat je terug moet betalen. Of je krijgt een nare email van iemand met allerlei beschuldigingen. En dan is de vijand er als de kippen bij om jou te zeggen wat je moet denken! ‘Dit gaat gebeuren, dat gaat gebeuren, als dit, als dat!’

Wat deed Hizkia?
Hij ging de aanwezigheid van God in en spreidde de brief uit voor de Heer en ging bidden. Hij richtte zijn gedachten niet op de inhoud van de brief, maar op zijn God! Zo mag je een rekening die je niet kan betalen voor God uitspreiden. In plaats van te denken aan tekorten, denk je aan Gods voorziening. Een slechte beoordeling op je werk, een teruggekregen proefwerk met een dikke onvoldoende, een nare email, een onheilspellend krantenbericht! Leg het voor God neer. Laat de duivel niet dicteren wat je denkt! Zeg, ik dacht niet niet duivel! Ik denk niet wat jij wil dat ik denk, ik denk aan wat God zegt in zijn woord. En ik……

….Bedenk de dingen die boven zijn en niet die op de aarde zijn (Kollosenzen 3:2)

Geplaatst op Geef een reactie

Simson en Jezus

Maar Simson riep de HEER om hulp en bad: ‘HEER, mijn God, denk toch aan mij! Geef me alstublieft nog eenmaal genoeg kracht, zodat ik me voor minstens één van mijn beide ogen op de Filistijnen kan wreken.’ Voorzichtig betastte hij de twee middelste steunpilaren van de tempel, zette zich met beide handen schrap en riep uit: ‘Mijn dood zal de dood zijn van de Filistijnen!’ Toen duwde hij uit alle macht. De tempel stortte in en alle aanwezigen, ook de stadsvorsten, werden bedolven. Zo maakte Simson bij zijn dood meer slachtoffers dan tijdens zijn hele leven. Rechters 16:28-30

Eigen schuld
Als ik aan Simson denk, dan denk ik aan de sterkste man die ooit geleefd heeft. In dit gedeelte was er weinig meer van die man over. Hij had het geheim van zijn kracht prijsgegeven, was gevangen genomen en zijn ogen waren uitgeprikt. Zo sterk als dat hij was, zo zwak was zijn wil. Keer op keer ging hij de mist in met vrouwen, overtrad Gods geboden en verloor zijn zelfbeheersing. Hij stond hier tussen twee pilaren in de Filistijnse tempel door zijn eigen schuld. Dit had hij verdiend! ‘Ik heb er een potje van gemaakt. Kijk mij nou hier staan! Ik heb God’s gebod gebroken door mijn haren te laten scheren. ‘Hoe heb ik het zover kunnen laten komen?’

Kracht wordt zichtbaar in zwakheid

En vanuit deze verloren toestand, roept Simson uit naar God en vraagt om genade! Simson had misschien niet verwacht dat God hem zou verhoren! Zijn kracht had hij alleen maar omdat hij Gods geboden hield, nu had hij ze gebroken en was de kracht terecht weg. Maar hoe mooi is Gods genade! God geeft hem nog een keer die bovennatuurlijk kracht! Niet omdat Simson dat verdiend had, integendeel, nee puur uit genade! Zo is God! Want wat beloofd God aan ons in de bijbel:

‘Je hebt niet meer dan mijn genade nodig, want kracht wordt zichtbaar in zwakheid.’ (2 kor 12:9).

God laat zijn genade zien aan Simson, door zijn kracht te openbaren toen hij op z’n allerzwakst was.

Onvolmaakte Simson een beeld van de volmaakte Jezus?
Wat ik zo bijzonder vind, is dat Simson hier in zijn grootste zwakheid een beeld wordt van Jezus Christus! Nu zul je misschien zeggen: ‘Jezus Christus? Als ik aan Simson denk denk ik aan veel dingen, maar niet aan Jezus.’ Nou, zoals Simson hier op zijn allerzwakst bespot werd door zijn vijanden, zo lachten mensen Jezus uit, bespotten hem en zetten hem voor schut. ‘Kijk hem nou de redder van Israël, hij kan zich zelf niet eens redden van dat kruis!’ Ook de duivel en zijn demonen waren in feeststemming toen Jezus daar aan het kruis hing.
Simson stond met zijn handen gespreid, tegen de pilaren van de tempel. Hij riep uit: ‘mijn dood zal de dood zijn van de filistijnen!’ Door God’s bovennatuurlijke kracht, duwde Simson de pilaren opzij en de tempel stortte in. Zo spreidde Jezus zijn armen aan het kruis, en riep uit: ‘het is volbracht!’

‘Mijn dood zal een blijvende overwinning zijn op satan en zijn demonen! Mijn dood zal eeuwig leven geven aan hen die in mij geloven! Mijn dood zal verzoening brengen tussen God en mensen! Mijn dood zal de wereld redden van hun zonde!”

Toen Simson stierf, stortte de tempel in en bracht Hij een onverwachte vernietigende klap toe aan zijn vijanden. Simson liet zich hier leiden door de Geest, niet meer ik-gerichtheid; hij offerde zichzelf op! Zo ook Jezus; hij offerde zichzelf op om eens en voor altijd af te rekenen met de vijand!
Deze Simson, zwakke en onvolmaakte Simson, mocht door Gods genade een profetisch beeld worden van Jezus Christus. En zo mogen wij weten, dat hoe zwak wij ons ook voelen, hoe vaak we het ook verknald hebben, we hebben niet meer dan Zijn genade nodig, want kracht wordt zichtbaar in zwakheid.’

Geplaatst op Geef een reactie

Wat lig je daar nu op de grond?

Jozua 7:10 De HEER sprak hierop tot Jozua: ‘Sta op! Wat lig je daar nu op de grond!’

Jozua is altijd een van mijn grote helden geweest uit de bijbel! De held, de man van geloof, de man die het beloofde land innam. Ik heb mijn zoon niet voor niets Joshua genoemd. Als je aan opgeven of ontmoediging denkt, dan denk je niet aan Jozua. We willen allemaal een Jozua en Kaleb zijn; niet zoals die andere tien verspieders!
Toch spreekt God hier op indringende wijze tot Jozua. Sta op Jozua! Wat lig je daar nu op de grond? Jozua, de strijder, de krachtige leider, lag op de grond? Waarom? Wat had Jozua op de grond doen liggen? Wat had gemaakt dat Jozua niet meer wilde opstaan en dat God hem moest zeggen op te staan. Een tegenslag!

Het frappante is dat een hoofdstuk eerder Jozua een glorieuse overwinning behaald zoals nog nooit vertoond is in de geschiedenis van de mensheid. De muur van Jericho stort op bovennatuurlijke wijze in elkaar en de stad wordt door het volk van Israel ingenomen. Wow! Bij God is alles mogelijk! Als God zo’n grote, hoge, versterkte muur kan laten instorten dan is iedere vijand geen tegenstander voor ons.
En toch liep het anders. De volgende stad die veroverd moest worden was Ai. Een kleine stad die makkelijk in te nemen was. Die nemen we in. Zeker als je het vergelijkt met Jericho. Jozua stuurde daarom niet het hele leger, maar 3000 man. Maar tegen alle verwachtingen in, werd het leger van Jozua in de pan gehakt en verslagen. Ai!!!En dan lezen we het volgende over de reactie van Jozua:

scheurden hun kleren, wierpen zich voor de ark van de HEER ter aarde en gooiden stof over hun hoofd. Zo bleven ze tot de avond liggen.

Jozua bleef tot de avond op de grond liggen en jammeren, totdat God tot hem spreekt. God gaat niet in op zijn gejammer! Nee, hij zegt:sta op! Wat lig je daar nu op de grond? Waarom vergeet je de overwinning van Jericho? Waarom laat je je nu uit het veld slaan door een kleine tegenslag! Waarom denk je dat deze nederlaag aan jou ligt? Waarom denk je dat ik niet meer met je ben? En God stelt de vraag ook aan jou! Waarom ligt je daar nu op de grond! Ik heb weer gezondigd! Ik heb weer gefaald! Ik ben niet goed genoeg etc.

En dan staat Jozua op en laat God hem zien de reden van deze nederlaag. De zonde van een enkeling, die nam van de buit van Jericho, hetgeen God verboden had. Het ligt niet aan jou Jozua! Ik ga je overwinning op overwinning geven! Ik ben met je! Blijf naar mij kijken, naar Mijn grootheid! Weet wie je bent in Mij! Gaan staan op mijn belofte!

You may lose a battle Joshua, but with Me on your side you will win the war!

Geplaatst op Geef een reactie

Vier bijzondere vrouwen

Overzicht van de afstamming van ​Jezus​ ​Christus, ​zoon van ​David, zoon van ​Abraham.
Abraham​ verwekte ​Isaak, ​Isaak​ verwekte ​Jakob, ​Jakob​ verwekte Juda en zijn broers, Juda verwekte Peres en Zerach bij Tamar, Peres verwekte Chesron, Chesron verwekte Aram, Aram verwekte Amminadab, Amminadab verwekte Nachson, Nachson verwekte Salmon, Salmon verwekte ​Boaz​ bij Rachab, ​Boaz​ verwekte Obed bij ​Ruth, Obed verwekte Isaï, Isaï verwekte ​David, de koning. David​ verwekte ​Salomo​ bij de vrouw van Uria, Mattheus 1:1-6

In deze geslachtslijn van Jezus worden vier vrouwen genoemd, Tamar, Rachab, Ruth en Batsheba (de vrouw van Uria).

Op zich is het al bijzonder dat in deze geslachtslijn vrouwen vermeldt worden, want meestal worden alleen de mannen genoemd. Maar wat nog bijzonderder is, is het feit dat deze vrouwen allemaal iets meedragen van de zonde. Tamar doet zich voor als prostituee en krijgt zo een kind van haar schoonvader Juda, Rachab was een prostituee in Jericho, Ruth was een heidense vrouw uit Moab en Batsheba kreeg Salomo uit overspel door de zonde van David. Als je dan vrouwen in de geslachtslijn vermeldt, dan zou ik zeer bijzondere vrouwen vermelden, zonder zonde. Maar nee, God wilt dat juist deze vrouwen genoemd worden in de geslachtslijn van Jezus. Waarom? Omdat Jezus is gekomen om de zondaren te redden en genade te brengen voor hen die vergeving nodig hebben. En deze vrouwen zijn daar als een profetische voorbode van.